Ontoelaatbare overheidsbemoeienis: OVAM beschermt Vlaamse afvalovens tegen goedkopere en meer duurzame buitenlandse concurrenten.
Recent heeft de Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (OVAM) de bedrijven die in Vlaanderen huishoudelijk afval ophalen en die over rechtsgeldige exportvergunningen beschikken om dit afval naar goedkopere buitenlandse verwerkingsinrichtingen af te voeren, verboden dit te doen. De enige reden blijkt een acuut tekort aan afval te zijn in diverse Vlaamse afvalovens...
Reeds op 13 september ll., tijdens het persmoment dat de MINAraad had georganiseerd in het kader van het tweede openbaar onderzoek over de ISVAG-vergunningsaanvraag, had de delegatie van de Rotterdamse afvalverwerker AVR gewag gemaakt van een erg discutabele interventie van de OVAM naar haar Vlaamse klanten toe. AVR kondigde toen ook aan dit niet zonder slag of stoot te laten gebeuren. Dergelijke overheidsbemoeienis strijdt immers met de duidelijke EU-afvalkaderrichtlijn en bovendien wordt op die manier ook de mededinging in een vrije Europese commerciële (afval)markt onmogelijk gemaakt.
op 18 augustus ll. onder de titel “Tijdelijke uitvoerstop brandbaar afval Vlaanderen” verstuurt de OVAM een elektronisch bericht met volgende inhoud (citaat ten dele): “Verschillende Vlaamse afvalverbrandingsinstallaties hebben momenteel te kampen met grote tekorten wat de aanvoer van afval betreft. Hierdoor dreigen sommige installaties zelfs tijdelijk te moeten worden stopgezet. Verwacht wordt dat deze tekorten nog enkele weken zullen aanhouden…” Waarna de OVAM “vraagt” om “(…) dus tijdelijk geen gebruik meer te maken van de verleende exportvergunningen en hiermee te voldoen aan de door de OVAM opgelegde voorwaarde dat de OVAM de uitvoer van afval onder deze kennisgevingen (tijdelijk) kan stopzetten indien de Vlaamse verwerkingscapaciteit onvoldoende benut wordt. Deze vraag tot stopzetting van de uitvoer van brandbaar afval geldt tot week 37.”
op 8 september ll. verstuurt de OVAM een nieuw elektronisch bericht onder de titel “uitvoerstop Vlaams afval”, met volgende inhoud (citaat ten dele): “(…) Echter, de situatie is nog steeds niet genormaliseerd en er worden al zeker tot week 39 nog tekorten verwacht bij de Vlaamse AVI ‘s. Het is daarom dat de OVAM beslist heeft om het opgelegde uitvoerverbod te verlengen met nog eens twee weken, dus t.e.m. week 39.” En “(…) De Vlaamse afvalverbrandingsinstallaties die de komende weken nog de grootste tekorten verwachten zijn: 1. Biostoom Beringen; 2. IVM; 3. IMOG, 4. SLECO (via Indaver of Veolia); 5. Indaver.”
op 22 september ll. verstuurt de OVAM nogmaals een elektronisch bericht met volgende inhoud (citaat ten dele): “Eerst en vooral willen we jullie bedanken voor de inspanningen die jullie geleverd hebben om deze uitvoerstop te respecteren. Hierdoor kon vermeden worden dat er enkele ovens stilgelegd moesten worden. Momenteel zijn de grootste tekorten bij de Vlaamse ovens weggewerkt doordat ze op heel wat extra tonnen konden rekenen omwille van de opgelegde uitvoerstop en er enkele ovens in geplande shut-down zijn voor onderhoudswerken. Op basis van die gegevens geven we hiermee de goedkeuring om in week 40 en 41 terug afval uit te voeren op voorwaarde dat het nabijheidsbeginsel zo goed mogelijk wordt gerespecteerd en de eigen capaciteit maximaal wordt benut.Verschillende Vlaamse installaties geven aan dat er opnieuw grote aanvoertekorten dreigen wanneer al deze extra tonnen opnieuw zouden worden uitgevoerd voor verwerking buiten Vlaanderen. Daarom blijft de OVAM de situatie van nabij opvolgen en zullen we over twee weken een nieuwe evaluatie opmaken. Indien blijkt dat er opnieuw grote tekorten voordoen zal de OVAM opnieuw een uitvoerstop opleggen. Daarom adviseren we jullie om voor de tonnen die voorheen op export gingen zoveel mogelijk een structureel alternatief te zoeken in Vlaanderen.”
Gaat de Vlaamse overheid (OVAM) hiermee haar boekje te buiten?
Het door de OVAM uitgevaardigd afvalexportverbod is alvast geenszins op milieuredenen gestoeld, maar uitsluitend op louter protectionistische, commercieel-financiële argumenten, ter bescherming van de Vlaamse ovenexploitanten en hun riante inkomsten uit afvalverbranding. Hierdoor – cynisch genoeg – moet de Vlaamse belastingbetaler opdraaien voor de extra verwerkingskosten, want feit is dat verwerking in de meer milieu- én duurzaamheidsperformante buitenlandse ovens nu eenmaal +/- 20% goedkoper is. Maar dat is voor de OVAM en de Vlaamse ovenexploitanten blijkbaar maar een detail.
De OVAM-interventies zouden daarom wel degelijk in strijd zijn met de EU-afvalkaderrichtlijn en de EVOA-regelgeving. Dit moet worden afgeleid uit diverse arresten van het Europees Hof van Justitie en ook van de Raad van State. Bovendien zou het rechtstreeks ingrijpen van een overheidsinstelling in een vrije commerciële markt ook strijden met de EU-regels inzake de mededinging en concurrentie.
Ook wij vernamen intussen dat de Rotterdamse afvalverwerker AVR de OVAM in gebreke heeft gesteld via een gespecialiseerd advocatenkantoor, maar dat de OVAM ter stond alle aantijgingen naast zich heeft neergelegd. Nochtans zou precies de OVAM toch beter moeten weten, aangezien zij reeds in 2013 door de Raad van State in een quasi gelijkaardige zaak (negatie van dwingende EU-afvalregels ten nadele van de Nederlandse afvalgroep van Gansewinkel) werd teruggefloten. Om aan deze als ontoelaatbaar en onwettig beschouwde overheidsinterventie een eind te brengen, zou de OVAM door AVR intussen mogelijks zelfs voor de burgerlijke rechter worden gedaagd.
Waarom geraken de Vlaamse afvalovens niet meer vol?
De Vlaamse verbrandingsovens geraken niet meer vol, wat de OVAM overigens reeds in zijn advies van 12 juli ll. m.b.t. de ISVAG-vergunningsaanvraag aangaf. Daarom dus heeft de OVAM de uitvoer van afval naar R1-installaties buiten het Vlaams Gewest (waarvoor eerder nochtans exporttoelatingen werden gegeven) aan banden gelegd. Dit is wel degelijk in strijd met de EVOA (EU-afvaloverbrengingsregelgeving) en de EU-afvalkaderrichtlijn. Pervers gevolg evenwel is dat hierdoor ook de export naar veel energie-efficiëntere, klimaatvriendelijker en goedkopere installaties aan banden wordt gelegd.
Zie het volgend overzicht van de Nederlandse ovens. Twee daarvan zijn reeds uitgerust met CO2-afvang. Bij twee andere zit CO2-afvang in een vergevorderd stadium (aanbesteding) en bij vier andere ovens wordt het verkend. Zie ook naar de netto CO2-uitstoot per ton en naar de toegekende R1-waarde, die de mate van energie-efficiëntie aangeeft. We kunnen enkel besluiten dat bitter weinig Vlaamse ovens zich daaraan kunnen meten...
Wat betreft de verwerkingskosten zelf: In Nederland zitten deze tussen de vork van €60 en €70 per ton. In Vlaanderen volgens het OVAM-rapport “Tarieven en Capaciteiten 2020”: €102/ton...
De OVAM-interventies hollen ook de bevoegdheid van de vergunningverlenende instantie (Vlaams milieuminister Zuhal Demir) uit.
Het is zelfs voor een leek duidelijk dat de gewraakte OVAM-interventies alle actueel lopende, maar ook toekomstige vergunningsprocedures inzake afvalverbranding in Vlaanderen impacteren. Op die manier kan er immers nooit een tekort aan afval in Vlaanderen ontstaan. Dankzij de miskenning van duidelijke EU-afval- en mededingingsregels worden de Vlaamse afvalovens - telkens wanneer nodig - kunstmatig gereanimeerd! Dit alles heeft echter een onmiskenbare financiële impact voor ons allemaal, Vlaamse belastingbetalers, aangezien de verwerking van ons afval in Vlaamse afvalovens wel degelijk +/- 20% duurder uitvalt dan bvb in Nederland. En dan zwijgen we nog over de kwalijke rookgasemissies die de gezondheid van de omwonenden van afvalovens in dichtbevolkte gebieden blijven ondermijnen.
Aangezien minister Demir over de voorliggende ISVAG-vergunningsaanvraag (opnieuw 20 jaar afvalverbranding met een oven die eind de vorige eeuw werd gerenoveerd en met een jaarcapaciteit van 159 Kton) eerstdaags een beslissing moet nemen, is de vaststelling dat Vlaanderen momenteel kampt met een aanvoertekort dat beduidend groter is de ISVAG-capaciteit een cruciaal element dat absoluut moet doorwegen bij de uiteindelijke beslissing.
Dit aanvoertekort zal trouwens alleen nog maar zal groter worden: naar schatting 500 Kton tegen 2030, aldus de OVAM in zijn advies van 12/7 mbt de ISVAG-aanvraag.
Redenen: aanvang 2023 en eind 2023 moet nog meer uit het restafval en uit het bedrijfsafval moet worden gesorteerd en tegelijk zijn ook de doelstellingen qua gemeentelijke afvalproductie nog verder aangescherpt. Dit betekent dat er op korte termijn nog veel minder aanvoer van afval naar Vlaamse afvalverbranding zal gaan, terwijl er dit jaar reeds ernstige tekorten werden vastgesteld.
Hoe kan je dan als politicus blijven verantwoorden dat je richting de oude ISVAG-afvaloven telkens weer een reddingsboei gooit?
Comentarios